maandag, mei 21, 2007

Liefdesladder

Net het boek 'De liefdesladder' van Else-Marie van den Eerenbeemt gelezen. Dit boek gaat over familierelaties en andere relaties. Het boek is gebaseerd op het gedachtengoed van Nagy, de contextuele therapie, waarbij de mens in essentie als relationeel wezen wordt gezien: autonomie bestaat alleen in relatie tot de ander.

Hieronder een paar gedachten over dit boek:

  • Dit wordt toegepast op familierelaties. Hiervoor wordt het beeld van de ladder gebruikt: de staanders (verticale relaties) zijn de relaties met de ouders; de sporten (horizontale relaties) zijn alle andere relaties: gekozen relaties (broers en zussen omschrijft ze als diagonale relaties, zitten ertussenin. Als ik het goed zag, omschrijft Nagy die als horizontale relaties).
  • De hoofdgedachte die door het hele boek heen terugkomt, is: je kunt de relatie met je ouders niet ontkennen, want het is je bestaan en heeft je gevormd. Het gaat er niet om, om alles van ouders te accepteren of over te nemen, maar wel om die relatie onder ogen te zien, je ouders ook als kinderen van hun ouders te zien en bewust om te gaan met dit generationele erfgoed.
  • Hier wordt de term 'vrijheid in verbondenheid' aan gekoppeld. Autonomie los van alle relaties bestaat niet; een breuk brengt alleen maar onvrijheid en geladenheid met zich mee, wat zich vaak weer doorvertaalt naar de volgende generatie of zich heftig uit bij overlijden van ouders.
  • Steeds gaat het over de dynamische balans tussen geven en nemen, de erkenning van deze twee en de invloed die allerlei familiegebeurtenissen hierop (v.v.) heeft, zoals rouw, scheiding, zelf gaan trouwen, verzoening na een breuk, verdelen van de erfenis etc.
  • Een andere hoofdgedachte is dat de verticale relaties de horizontale relaties enorm beïnvloeden, zowel positief als negatief; b.v. vertrouwen meegekregen in relaties met ouders (vertikaal) helpt om een duurzame partnerrelatie aan te gaan (horizontaal). Dit kan ook leiden tot loyaliteitsconflicten, b.v. een man die klaagt over iets van zijn ouders, maar het zijn vrouw kwalijk neemt als zij met zijn kritiek instemt ('het zijn toch mijn ouders').
  • De term 'mutual becoming' van Nagy vind ik een hele mooie. Hij geeft hiermee ook aan dat de mens in z'n uppie nauwelijks te definiëren is. Die term kun je ook (en vooral) toepassen op het huwelijk.

Ik ken Nagy's religieuze overtuiging niet, maar vind hier wel heel mooie relaties liggen met het christelijke gedachtengoed, met name in de triniteitsleer: God is in zijn wezen relationeel, en de mens, geschapen naar zijn beeld, dus ook. Echte individualiteit en autonomie zonder relatie of minstens referentie aan de ander bestaat dus niet.


Geen opmerkingen: