woensdag, april 26, 2006

Vertalen van de boodschap

Vanaf het begin van de christelijke kerk is het evangelie steeds vertaald in nieuwe talen en in nieuwe culturele contexten.
Je zou kunnen zeggen dat dat tot het wezen van het christelijk geloof is: dat het in elke nieuwe cultuur zijn eigen vormgeving krijgt. Dat was het waar Paulus zich voor inzette, b.v. op het Apostelconvent in Hand. 15. Dat gebeurde in het Romeinse rijk, in Syrie, Armenie, Perzie; later door Methodius en Cyrillus in Slavische culturen; nog later door Ricci in China, Nobili in India, Las Casas in Midden Amerika.
Lamin Sanneh geeft in zijn boek 'Translating the Message' voorbeelden door de hele geschiedenis van deze vertaling. Hij betoogt bijvoorbeeld dat zendingswerk op deze manier een grote factor is geweest in het onafhankelijks worden van staten na het kolonialisme: het evangelie in moedertaal en het christelijk geloof als eigen godsdienst was een sterke kracht.

Tegelijkertijd is er vanaf het begin van de christelijke kerk de neiging om deze steeds verdere vertaling tegen te houden: elke cultuur waar het evangelie komt, denkt dat vanaf dat punt haar eigen culturele vormgeving de norm is voor elke volgende cultuur. Dat was de discussie op het apostelconvent: laat de heidenen de Joodse cultuur overnemen. Dat was de discussie bij veel zendelingen door de geschiedenis: laat de mensen Grieks of Latijn of Spaans leren, want dat is de taal van het evangelie. Dezelfde discussie speelt ook nu: laat Joden hun Joodse cultuur afleggen, Moslims hun Moslim cultuur verlaten, anders kunnen ze geen goede christenen zijn; laat jongeren de cultuur van de Gereformeerde Gezindte overnemen, anders kunnen ze geen goede christenen zijn.
Elke cultuur waar het evangelie kwam, denkt de finale vormgeving ervan te zijn.

Geen opmerkingen: